De minimalistische objecten van Nesrin During worden uitgevoerd in zwart of wit. Deze objecten zijn afgeleiden van komvormen, waarbij de functionaliteit ontbreekt. Aan de, veelal ronde, basisvorm zijn strakke lijnen en rechte hoeken toegevoegd. Deze lichte vormen zijn geïnspireerd op zeilen, vleugels en de zwierige vlucht van vogels.
Bij de serie werken die in de houtoven gestookt zijn de vormen organischer. De huid van dit werk is onder invloed van de stook gekleurd in warm oker en zand. De binnenkant is voorzien van een asglazuur en heeft daardoor een natuurlijke glans. De buitenzijde is niet geglazuurd, maar daarop is vliegas afgezet. Nesrin heeft potjes zout in de oven geplaatst, zodat op de huid het effect van flushing is ontstaan: bobbeltjes zoals op een sinaasappelschil.
Bij de serie grijze objecten zijn er in de bolle en organische vormen ook weer strakke lijnen toegevoegd. Ze ervaart de kleur grijs als introvert, koel en gedistingeerd.
De expositie bestaat uit meer dan twintig unieke, met de hand opgebouwde, objecten.
Nesrin During is geïnspireerd door haar directe omgeving; de wind, de zee, de aarde. Uit steengoedklei vormt zij haar werken die allemaal verschillend en uniek zijn. De uit Turkije afkomstige kunstenares woont en werkt op Texel waar zij het atelier deelt met haar man Stefan, een meubelmaker.
Nesrin During (Turkije, 1947) groeit op in een rijke culturele omgeving. Na haar middelbare schooltijd in Engeland keert ze terug naar Istanbul om te studeren. Na haar huwelijk belandt ze in Nederland, waar ze zich met haar man vestigt op Texel. During is autodidact. ‘De gecombineerde inwerking van oxidatie en reductie fascineert me. Ik houd van de subtiele nuances in kleur en structuur die daardoor ontstaan. De binnenzijde van de houtgestookte objecten is met asglazuur bewerkt en heeft daardoor een natuurlijke glans. De buitenzijde is niet geglazuurd, maar daarop is vliegas afgezet. Verder heb ik potjes zout in de oven geplaatst, zodat op de huid het effect van flushing is ontstaan: bobbeltjes zoals op een sinaasappelschil. Zo zijn allerlei interessante oppervlakken ontstaan. In mijn meest recente werk heb ik met platen gewerkt. De vormen, die geïnspireerd zijn op zeilen, vleugels en de zwierige vlucht van vogels, zijn heel licht en minimalistisch. Technisch is dit werk een grote uitdaging. Terwijl ik het maak – en vooral tijdens het stoken, als het materiaal heel zacht wordt – kan het op elk moment kromtrekken. Om dat te voorkomen, moet ik het werk voortdurend door allerlei hulpstukken ondersteunen. ‘Titels geef ik mijn werk niet mee. Ik wil de toeschouwer niet sturen. Aan woorden kleven bovendien associaties die individueel en cultureel enorm kunnen verschillen.’